Aerde: ‘Na een studie bouwkunde aan de HTS werd ik getipt door een kennis uit de verzekeringsbranche. Hij zag me wel in de rol van schade-expert: sociaal, communicatief, vrij beroep, lekker veel op de weg. Sindsdien heb ik nog geen enkel werkdag gedacht: wanneer is die om? Elke dag is anders. Je maakt ’s ochtends een plan en altijd loopt het anders, afhankelijk van wat je tegenkomt. Ik woon in de buurt van Eindhoven, maar doe schades in bijvoorbeeld Rotterdam, Amsterdam, Almere en Doetinchem. We zijn volgend jaar met 7 bouwkundig experts voor heel Nederland, dus je komt wel eens buiten je eigen regio.’

Aerde: ‘Opstalschades, constructieve schades zijn mijn specialisatie. Plat gezegd: een dak eraf gebrand of ingestort is erg interessant. Bedrijfsmatige schades vind ik leuker dan particuliere schades, omdat de belangen dan heel anders liggen. Ondernemers houden van doorpakken, willen vooruit. Leuk om een schade dan zo pragmatisch mogelijk op te lossen. Op dit moment heb ik een enorm dossier, echt een krent in de pap: brandschade bij een groot congrescentrum. Meerdere aaneengesloten gebouwen, waarvan er één voor 80% is afgebrand en de andere gebouwen ook veel schade hebben. Veel partijen, veel verschillende belangen. Laatst zaten we, inclusief experts en contra-experts, met 15 man om tafel.’

Aerde:  ‘Onderdeel van het vak is een stukje commercie. Opdrachtgevers benaderen je vaak rechtstreeks. Het is people’s business en een hele kleine wereld; iedereen kent elkaar.

Je bent dus zo goed als je laatste schade. Heb je ze een goede klantervaring bezorgd, dan komen ze bij je terug.

Maar loopt een schadedossier even niet zo lekker en een concurrent gaat een kop koffie drinken bij de opdrachtgever, kan een volgende klus zo aan je voorbijgaan.

Ook schadedossiers via assurantiemakelaars vergen een flinke dosis diplomatie. Dat stukje commercie, dat politieke spel – dat is uitdagend en leuk. Soms is er wat getouwtrek, maar uiteindelijk kom je er altijd samen uit.’

Aerde: ‘Blijven proberen elke schade naar wens van iedere betrokken partij op te lossen.  Zo is elke schade nog steeds een nieuw leermoment. Daarnaast doe ik een stukje commercie, en geef ik presentaties bij opdrachtgevers en op scholen. Dit laatste om het expertise-vak meer onder de aandacht te brengen. Daar is in de opleiding bouwkunde weinig aandacht voor; die is gericht op architectuur en ontwerp van constructies. Het zou mooi zijn als nieuwe generaties voor het vak kiezen. Werk is er namelijk genoeg. Wij hebben het althans altijd erg druk. Uitdaging voor komende jaren is om de juiste balans te vinden en te behouden.’