Na de regenval en overstromingen in Zuid-Limburg afgelopen juli trad het calamiteitenplan van CED in werking. Alle betrokken afdelingen hebben snel geschakeld, dat was nodig gezien de omvang van de ramp. De capaciteit van experts werd opgeschaald en deze reisden direct naar het rampgebied. Tegelijkertijd schaalde het CCC op om afspraken in te plannen. Afstemming tussen de afdelingen onderling en gezamenlijk optreden bleek cruciaal: het is alle hens aan dek. In de Limburgse stad Valkenburg is het eerder de vraag wie er niét gedupeerd is, dan wie wel….

Manager Willem de Beurs: ‘Binnen Repair hebben we niet zozeer noodtelefoontjes hoeven op te vangen, maar regent het wel herstelverzoeken. In eerste instantie zorgen we dat alles weer droog wordt. We werken hiervoor met grote reconditioneringsbedrijven die teams ter plekke hebben. Om kelders droog te pompen en heaters te plaatsen. Zij werken dag en nacht door nu. Daarna komt de echte uitdaging voor ons, als we met herstel aan de slag kunnen. Als herstellers nu langsgaan voor een eerste inschatting moet dat nog met groot voorbehoud. Vocht in de constructie kan een hoop schade aanrichten die niet direct zichtbaar is. Dus komen zij nadat alles droog is nog eens langs voor een opname. Het zijn geen snelle dossiers. Dat vraagt ook goede communicatie met de gedupeerden, dat ze zich realiseren dat herstel langere tijd zal duren. Bij de meeste van deze opdrachten werken we ook samen met experts, vanwege de grootte van de schades. Belangrijk bij deze dossiers is er ook zeker van te zijn dat het gedekt is door de opdrachtgever.' 

Teammanager Guus Brinkhof: ‘Het aantal Mobility-dossiers stijgt langzaam, maar gestaag. Enkele grote klanten, zoals NN en ASR, hebben een verkorte afhandeling opgesteld voor standaard voertuigen die total loss zijn. Met foto’s en een beschrijving van een lokale hersteller (lees: garage) kan de schade worden afgehandeld. Wij helpen hierbij, maar focussen tegelijk op de uitzonderingen. De speciale voertuigen en de verschillende schades daarin. Waar mogelijk digitaal, maar ook ter plekke met eigen experts. Belangrijkste in onze aanpak is afhandeling met zo min mogelijk overlast voor de gedupeerden. We schrijven ze aan en vragen ze te bellen wanneer het hén schikt. Uiteraard proberen we wel te bundelen. Enkele van onze eigen experts wonen in Limburg en zij pakken nu al zoveel mogelijk dossiers op.’

Manager Wim den Ouden: ‘Ook enkele van onze experts wonen in het getroffen gebied. Zij stonden meteen op de barricade om gedupeerden te hulp te schieten. Lokale opdrachtgevers wisten EMN ook direct te vinden. Snel daarna is er een multidisciplinair team van experts opgesteld met kennis van panden, inventaris en bedrijfsschade die vervolgens naar Limburg zijn afgereisd. Gelukkig maar, want het aantal meldingen steeg snel. We trekken samen op met de experts van de andere afdelingen, want in dit geval zijn vrijwel alle schades is de inhoud divers. Wij richten ons met name op de bedrijfsschades en echt complexe schadegevallen. De impact is enorm, veel zaken zijn onherstelbaar en moeten worden vervangen. De beelden uit het rampgebied spreken voor zich. We verwachten in veel gevallen een herstelperiode van minimaal 3 tot 6 maanden.’